Kurkentrekker Willow Care Tips voor het kweken van een krullende wilg
Ondanks zijn valpartijen is het kweken van een krullende wilg een waardige onderneming, en met de juiste zorg zul je meerdere jaren van deze fascinerende boom genieten. Blijf lezen en leer meer over hoe je kurkentrekkerwilgen kunt laten groeien.
Groeiomstandigheden van krullende wilgen
Voordat je deze boom kweekt, moet je weten waar je krullende wilg kunt planten. Kurkentrekkerwilg is geschikt voor het kweken in USDA-planthardheidszones 4 tot en met 8. De boom ontwikkelt een kort wortelsysteem dat dicht bij het oppervlak van de grond blijft, dus moet het op een veilige afstand van gebouwen, opritten, trottoirs en rioollijnen worden geplant. Plant de krullende wilg op elk moment in de lente of zomer.
Krullende wilg is niet kieskeurig over grond en past zich aan klei, leem of zand aan. Evenzo verdraagt het zon of halfschaduw. Ideale omstandigheden voor deze boom zijn echter goed doorlatende, vochtige grond en vol zonlicht.
Kurkentrekker Wilgenverzorging
Voor het grootste deel is de zorg voor kurkentrekkerwilgen minimaal, maar de boom houdt van vocht. Geef tijdens het eerste jaar regelmatig water en geef vervolgens tijdens periodes van warm, droog weer ruim water. Een 2- tot 3-inch laag mulch helpt de grond vochtig te houden, helpt onkruid onder controle te houden en beschermt de stam tegen schade door onkruidsnoeischaren en grasmaaiers. Laat echter een paar centimeter kale grond rond de basis van de boom, omdat mulch die zich opstapelt tegen de stam een verscheidenheid aan ongedierte kan aantrekken.
Kurkentrekkerwilg vereist over het algemeen geen kunstmest, maar als de groei zwak lijkt, kunt u elke lente een kopje uitgebalanceerde droge meststof rond de boom aanbrengen en vervolgens diep water geven. Als uw boom zich in de buurt van een bevrucht gazon bevindt, ontvangt deze waarschijnlijk al voldoende voedingsstoffen.
Snoei de kurkentrekkerwilg regelmatig zodat lucht en zonlicht in het midden van de boom kunnen komen, omdat een gezondere boom zonder beschadigde of dode takken minder gevoelig is voor insectenschade. Problemen om op te letten zijn echter ongedierte zoals bladluizen, boorders, zigeunermotten en wilgenkevers.
De boom is relatief ziekteresistent, hoewel hij vatbaar is voor echte meeldauw en bladvlekken. De ziekten zijn meestal relatief mild en vereisen meestal geen behandeling.