Startpagina » Eetbare tuinen » Europese kastanje verzorgingstips voor het kweken van kastanjebomen

    Europese kastanje verzorgingstips voor het kweken van kastanjebomen

    Europese kastanje (Castanea sativa) wordt ook Spaanse kastanje of tamme kastanje genoemd. Deze lange, bladverliezende boom die tot de beukenfamilie behoort, kan 30 meter lang worden. Ondanks de gemeenschappelijke naam, zijn Europese kastanjebomen niet inheems in Europa maar in West-Azië. Tegenwoordig gedijen Europese kastanjebomen echter in heel Europa en Noord-Afrika.

    Volgens Europese kastanje-informatie kweken mensen al eeuwenlang kastanjebomen voor de zetmeelrijke noten. De bomen werden bijvoorbeeld in Engeland geïntroduceerd ten tijde van het Romeinse rijk.

    Europese kastanjebomen hebben donkergroene bladeren die licht harig zijn. De onderkant is lichter groen. In de herfst worden de bladeren kanarie geel. Kleine geclusterde bloemen verschijnen in mannelijke en vrouwelijke katjes in de zomer. Hoewel elke Europese kastanjeboom mannelijke en vrouwelijke bloemen heeft, produceren ze betere noten als er meer dan één boom wordt geplant.

    Hoe een Europese kastanje te kweken

    Als je je afvraagt ​​hoe je een Europese kastanje kunt kweken, houd er dan rekening mee dat deze bomen ook vatbaar zijn voor kastanjeziekte. Veel van de in Amerika geteelde kastanjebomen stierven ook aan de ziekte. De natte zomers in Europa maken de plaag minder dodelijk.

    Als je besluit om kastanje te gaan kweken ondanks het risico op ziekte, zorg er dan voor dat je in het juiste klimaat leeft. De bomen groeien het beste in de winterhardheidszones 5 tot 7 van het Amerikaanse ministerie van Landbouw. ​​Ze kunnen in een jaar 36 inch (0,9 m) schieten en 150 jaar oud worden.

    Europese kastanje zorg begint bij het planten. Selecteer een site die groot genoeg is voor de volwassen boom. Het kan zich verspreiden tot 50 voet (15 m.) Breed en tweemaal dat in hoogte.

    Deze bomen zijn flexibel in hun culturele behoeften. Ze groeien in de zon of halfschaduw en accepteren klei, leemachtige of zandige grond. Ze accepteren ook zure of licht alkalische grond.