Gevlekte gevleugelde Drosophila-bestrijding Meer informatie over gevlekte gevleugelde Drosophila-plagen
Inheems in Japan, werd gevlekte gevleugelde drosophila voor het eerst ontdekt op het Amerikaanse vasteland in 2008 toen het besmette gewassen in Californië aantaste. Van daaruit verspreidde het zich snel over het land. Het is nu een ernstig probleem in gebieden zo ver weg als Florida en New England. Hoe meer je weet over deze destructieve plagen, hoe beter je ermee kunt omgaan.
Wetenschappelijk bekend als Drosophila suzukii, de gevlekte gevleugelde drosophila is een kleine fruitvlieg die boomgaardgewassen ruïneert. Het heeft opvallende rode ogen en de mannetjes hebben zwarte vlekken op de vleugels, maar omdat ze slechts een achtste tot een zestiende inch lang zijn, kun je ze misschien niet goed zien.
Breek beschadigd fruit open om de maden te zoeken. Ze zijn wit, cilindrisch en iets meer dan een achtste inch lang wanneer ze volledig volwassen zijn. Je kunt er meerdere in één vrucht vinden omdat dezelfde vrucht vaak meer dan eens wordt gestoken.
Gevlekte gevleugelde Drosophila levenscyclus en controle
Het vrouwtje vliegt lek of 'prikt' fruit en legt bij elke lek één tot drie eieren. De eieren komen uit tot maden die zich in de vrucht voeden. Ze voltooien de hele levenscyclus van ei tot volwassene in slechts acht dagen.
Je kunt misschien het stipje zien waar de vrouwelijke vlieg het fruit heeft gestoken, maar de meeste schade komt van de voedingsactiviteit van de maden. De vrucht ontwikkelt verzonken vlekken en het vruchtvlees wordt bruin. Zodra het fruit is beschadigd, vallen andere soorten fruitvliegen het gewas binnen.
Het is moeilijk om fruit te behandelen voor gevlekte gevleugelde drosophila-plagen, want als je eenmaal ontdekt dat je een probleem hebt, zitten de maden al in het fruit. Op dit moment zijn sprays niet effectief. Voorkomen dat gevlekte gevleugelde drosophila de vrucht bereikt, is de meest effectieve controlemethode.
Houd het gebied schoon door gevallen fruit op te rapen en in stevige plastic zakken te bewaren voor verwijdering. Pluk beschadigd of gestoken fruit en voer het op dezelfde manier af. Dit kan helpen schade aan laatrijp fruit en onaangetast fruit te verminderen. Het helpt ook het gewas van volgend jaar te beschermen. Houd de insecten uit de buurt van kleine bomen en bessengewassen door ze te bedekken met fijn gaas.